Rome is een grote stad. Italië is sowieso een land met veel illegale migranten. Je ziet ze bij de grote toeristenattracties pogen om hoesjes voor mobieltjes of selfiesticks aan de man te brengen. Op de bruggen over de Tiber staan de tassenverkopers.
Behalve mensen die wat onduidelijke koopwaar aanbieden, zie je in “mijn wijk”, tussen Stazione Termini en Piazza Maggiore, behoorlijk wat mensen waarvan ik tegen Jet opmerk “die zou zijn pillen eens wat regelmatiger moeten innemen”, niet opgenomen psychiatrische patiënten die hun waan uitschreeuwen of voor zich uit mompelen.
Ik zit hier als bevoorrechte op grand tour. Zij proberen te overleven, vaak omdat de plek waar ze vandaan komen nog rotter is dan de plek die ze hier hebben gevonden.